Vraag over intelligentie Aptitude

1. Noem meerdere intelligenties zoals voorgesteld door Gardner. Uitleg logische wiskundige intelligentie:

Ans. Howard Gardner beschreef acht soorten intelligentie. Ze zijn als volgt:

(i) Taalkundig

(ii) Logisch-wiskundig

(iii) Ruimtelijk

(iv) Musical

(v) Lichamelijk-kinesthetisch

(vi) Interpersoonlijk

(vii) Intrapersoonlijk

(viii) Naturalistisch

Logisch-wiskundig omvat vaardigheden in wetenschappelijk denken en probleemoplossing. Personen die hoog op dit soort intelligentie staan, houden zich bezig met abstract redeneren en kunnen symbolen manipuleren om wiskundige problemen op te lossen.

2. Onderscheid maken tussen 'technologische intelligentie' en integrale intelligentie. ' Werk het begrip intelligentie uit in de Indiase traditie:

Ans . Technologische intelligentie:

(i) Gepromoot door technologisch geavanceerde samenlevingen.

(ii) Bevordert vaardigheden van generalisatie, abstractie, snelheid, minimale bewegingen en mentale manipulatie.

(iii) Focus op aandacht, observatie, analyse, prestaties en prestaties (individualistische oriëntatie)

Integrale intelligentie:

(i) Gepromoot en gewaardeerd in Aziatische en Afrikaanse samenlevingen.

(ii) Bevordert cognitieve en niet-cognitieve vaardigheden en processen.

(iii) Holistisch perspectief waarbij de nadruk wordt gelegd op connectiviteit met sociale en wereldomgevingen.

(iv) Collectivistische oriëntatie en zelfreflectie.

Intelligentie in Indiaas concept:

(i) Gesprekken over integrale intelligentie

(ii) Buddhi

(iii) Competenties

(a) Cognitieve capaciteit

(b) Sociale competentie

(c) Emotionele competentie

(d) Ondernemerscompetentie

3. Hoe verschilt 'aptitude' van 'interesse' en 'intelligentie'? Hoe wordt aptitude gemeten?

Ans. Aptitude is het vermogen van een individu om een ​​specifieke kennis of vaardigheid te verwerven na de training. Een persoon met een hoge mechanische aanleg zal bijvoorbeeld een succesvolle werktuigbouwkundige zijn.

Intelligentie is het globale en totale vermogen van een persoon om rationeel te denken, doelgericht te handelen en effectief om te gaan met het milieu. Interesse is een voorkeur voor een bepaalde activiteit. Een persoon kan bijvoorbeeld een sterke interesse hebben in wiskunde of wetenschap.

Er zijn multiple aptitude-tests in de vorm van testbatterijen die geschiktheid in afzonderlijke gebieden meten. DBDA (David's Battery of Differential Abilities) meet bijvoorbeeld aptitude op verschillende gebieden, zoals Closure Ability, Clerical Ability, Numerical Ability, Psychomotor Ability, Reasoning Ability etc.

4. Hoe is creativiteit gerelateerd aan intelligentie?

Ans. (i) Een bepaald niveau van intelligentie is vereist voor creativiteit, maar verder gaat die intelligentie niet samen met creativiteit. Creativiteitstests houden verschillende gedachten in en beoordelen dergelijke vaardigheden, zoals het vermogen om een ​​verscheidenheid aan ideeën te produceren, dat wil zeggen, ideeën die off-the-beaten-track zijn, het vermogen om nieuwe relaties te zien.

Het gaat om uitdrukking van spontane originaliteit en verbeelding. Tests van intelligentie impliceren convergent denken. De persoon moet denken aan de juiste oplossing voor het probleem en de nadruk ligt op het beoordelen van vaardigheden zoals geheugen, logisch redeneren, nauwkeurigheid, perceptueel vermogen en helder denken.

(ii) Creativiteitstests zijn open van opzet. Er zijn geen specifieke antwoorden op vragen of problemen in creativiteitstests. Individuen hebben de vrijheid om de verbeelding te gebruiken en het op originele manieren tot uitdrukking te brengen. Aan de andere kant zijn intelligentietests van korte duur. Er zijn vaste antwoorden op vragen.