Interconnectie van het bosecosysteem met andere ecosystemen (aquatisch en aards)

Interconnectie van het bosecosysteem met andere ecosystemen (aquatisch en aards)!

Bosecosystemen staan ​​niet op zichzelf. Hun functies spelen een belangrijke rol in andere aangrenzende aquatische en terrestrische ecosystemen, zoals prairies en wetlands. De onderling gerelateerde aard van deze ecosystemen draagt ​​bij aan diversiteit.

Plaatsen waar ecosystemen elkaar overlappen, eco-tonen genoemd, ondersteunen een verscheidenheid aan organismen die niet in elk ecosysteem alleen voorkomen. Amfibieën bijvoorbeeld hebben gedurende een deel van hun levenscyclus water nodig, maar kunnen ook een andere deel van hun leven in de bosbodem wonen. Witstaartherten zoeken beschutting in het bos, maar vinden voedsel in aangrenzende open gebieden.

Aquatisch:

Bossen zijn verbonden met aquatische ecosystemen door:

(a) Stroomschema regelen:

Enorme uitgestrektheden van bossen en andere vegetatie helpen bij het reguleren van de stroming van de stroom. Vegetatie vertraagt ​​de afstroming van water en laat water in de grond sijpelen.

(b) Vermindering van erosie en siltatie:

Bosvegetatie houdt de grond vast, vertraagt ​​de afvloeiing en infiltreert regen in de grond.

(c) Filteren van onzuiverheden:

Onzuiverheden in het water worden gefilterd door de grond en opgeslagen in plantenweefsels.

(d) Schaduwen van oppervlaktewater:

Schaduw van bomen verandert de stroomtemperaturen. Het resulterende koelere water bevat meer zuurstof voor andere waterorganismen.

(e) toevoegen van voedingsstoffen:

Ontleed plantenmateriaal in het water levert voedingsstoffen voor microscopisch kleine waterdieren. Dit is de basis voor aquatische voedselwebben.

(f) Bijdragen aan de watercyclus:

Boomwortels vergroten de wateropnamecapaciteit van een gebied. Transpiratie geeft water terug in de atmosfeer.

Terrestrial:

Bossen zijn verbonden met terrestrische ecosystemen door:

(a) Het verstrekken van Wildlife Habitat:

Bossen bieden een habitat voor in het wild levende dieren voor randsoorten die enkele habitatvereisten krijgen van het bos en anderen van aangrenzende ecosystemen. Diepe aaneengesloten bossen zijn belangrijk voor andere soorten die grote habitats en minder menselijk contact nodig hebben.

(b) Bodem-erosie voorkomen:

Bossen verminderen de erosie van de bovengrond van aangrenzende ecosystemen veroorzaakt door wind en water.

(c) Carbon Sequestering:

Koolstofsequentiebepaling is een andere belangrijke impact van bossen. Kooldioxide van auto's en industrie draagt ​​bij aan het broeikaseffect. Bomen sequestreren koolstof door koolstofdioxide te gebruiken in fotosynthese. Bossen kunnen het koolstofgehalte in stedelijke gebieden drastisch verlagen.