Verschillen tussen continue verbetering en procesherstructurering
De verschillen tussen continue procesverbetering (CPI) en procesherstructurering (PR) kunnen worden onderzocht met betrekking tot de volgende parameters.
(i) Betrokkenheid van het management:
CPI betrekt medewerkers op alle niveaus en benadrukt de continue verbetering van werkprocessen, terwijl PR managers in een "hands-on" -rol betrekt.
Dit komt omdat PR vaak leidt tot veranderingen in organisatiestructuren en herontwerp van banen.
(ii) Betrokkenheid van teamleden:
In CPI zijn teamleden betrokken op een "zoals nodig" (parttime) basis over een langere periode. Betrokkenheid van teamleden is intensiever in het geval van PR. Het is vaak op een regelmatige (full-time) basis over een korter tijdsbestek.
(iii) Verbeteringsdoelen:
Opeenvolgende incrementele verbeteringen worden bereikt in CPI over een periode van tijd, te beginnen met hoe een werkproces op dit moment werkt en te verbeteren.
Procesreengineering wordt periodiek uitgevoerd en de nadruk ligt op het bereiken van een dramatische verbetering. Het omvat een radicale herontwerp van hoe een proces werkt zonder te worden beperkt door hoe de dingen eerder werden gedaan.
(iv) Implementatiebenadering:
De stapsgewijze verbeteringen die in CPI worden aangebracht, dragen bij tot een aanzienlijke algehele verbetering voor een bedrijf. Procesherstructurering richt zich op de uitkomst en op het bereiken van een doorbraakverbetering in één keer, in tegenstelling tot CPI.
(v) Organisatorische verandering:
Met CPI vinden organisatorische veranderingen plaats over een langere periode. Vaak zal er een minimale verstoring zijn van bestaande banen, managementsystemen en organisatiestructuren. Maar met PR vinden radicale procesveranderingen alleen plaats met veranderingen in het baanontwerp, managementsystemen, organisatiestructuur, training en herscholing en informatietechnologie.
(vi) Mate van focus:
In CPI ligt de focus meestal op eng gedefinieerde processen. Vaak gaat het om medewerkers die werken aan het verbeteren van een subproces dat deel uitmaakt van een proces van een hoger niveau. PR moet zich concentreren op breed gebaseerde, cross-functionele processen die het grootste deel van een volledig organisatiesysteem beslaan.
(vii) Afhankelijkheid van informatiesystemen:
Organisaties die alleen CPI gebruiken, voorkomen incidenteel zichzelf door een formulier opnieuw te ontwerpen, een nieuw stuk correspondentie te creëren, enzovoort. Met PR helpt de informatiesysteemtechnologie vaak om radicale verbeteringen te bereiken in de beperking van de cyclustijd, toegang tot informatie en eliminatie van papieren sporen.
Organisaties die waarde hechten aan verbetering, moeten hun medewerkers aanmoedigen of zelfs verplichten over verbetermogelijkheden. Medewerkers moeten naar elk proces kijken met ruimte voor verbetering in hun hoofd. Verder moeten de werknemers worden opgeleid om voortdurend de volgende vragen te stellen.
(i) Kunnen we dit proces verbeteren? Als het antwoord 'ja' is op deze vraag, dan
(ii) Wat is de beste manier om dit proces te doen met de hulpmiddelen en vaardigheden die we hebben (continue procesverbetering) of
(iii) Heeft verbetering een ingrijpende verandering nodig? (procesherstructurering).
Vaak zijn de werknemers in staat om de kansen van de organisatie voor doorbraakverbeteringen te ontdekken. Een organisatie kan een sfeer van creativiteit en kansen bevorderen door haar werknemers te conditioneren om routinematig de mogelijkheden van elk proces waarin zij betrokken zijn in twijfel te trekken en op hun suggesties in te gaan.
De hedendaagse organisaties gebruiken zowel CPI als procesreengineering. Hoewel CPI het belangrijkste verblijf in elke organisatie moet zijn, is procesherstructurering op bepaalde tijden noodzakelijk in bepaalde situaties waarin de CPI niet toereikend is.
