Experiment om de plastic limiet van een bepaald bodemmonster te bepalen

Voorwerp:

Bepalen van de plastic limiet van een bepaald grondmonster.

Inrichting:

(i) Glazen plaat

(ii) Weegschaal

(iii) IS-zeef van 425 micron

(iv) Aluminium container

(v) messing of koperdraad van 3 mm doorsnede.

Theorie:

Plasticlimiet is het minimale watergehalte waarbij grond kan worden gerold tot een draad van 3 mm dia zonder te verkruimelen. Met andere woorden, het is het vochtgehalte waarbij de grond plastisch kan worden vervormd.

Procedure:

(1) Neem ongeveer 20 g aarde die 425 micron IS zeef passeert in een glasplaat.

(ii) Voeg een kleine hoeveelheid water in de grond toe en meng het grondig. Verlaat de grond enige tijd om te rijpen,

(iii) Maak kleine balletjes van de grond en rol deze met vingers over de glasplaat,

(iv) Ga door met rollen totdat de draad de diameter van 3 mm heeft bereikt.

(v) Kneed de gronddraad en rol hem opnieuw in een draad.

(vi) Ga door met het proces totdat de draad net verkruimelt met een diameter van 3 mm.

(vii) Verzamel de verkruimelde gronddraad in de aluminium container en bepaal het watergehalte.

(viii) Herhaal de test minstens tweemaal opnieuw. Het gemiddelde van de drie tests is de plastic limiet van de grond.

Resultaat:

Plastic limiet van gegeven grondmonster = ............. %

Voorzorgsmaatregelen:

(i) Roiling moet worden gestopt wanneer de draad net begint te brokkelen.

(ii) De diameter van de gewalste draad moet een diameter van 3 mm hebben.

(iii) Gewichten van container, natte grond en droge grond moeten nauwkeurig worden genomen.