Top 14 principes van een organisatie

Sommige van die principes worden als volgt besproken:

1. Beginsel van doelstelling:

De onderneming moet bepaalde doelen stellen voor de verwezenlijking waarvan verschillende afdelingen moeten werken. Een gemeenschappelijk doel dat zo is ontworpen voor het bedrijf als geheel en de organisatie is opgezet om dat doel te bereiken. Bij afwezigheid van een gemeenschappelijk doel, zullen verschillende afdelingen hun eigen doelen stellen en is er een mogelijkheid van tegenstrijdige doelstellingen voor verschillende afdelingen. Dus er moet een doel zijn voor de organisatie.

2. Principe van specialisatie:

De organisatie moet zo worden opgezet dat aan elk individu een taak moet worden toegewezen op basis van zijn vaardigheden en kwalificaties. De persoon moet hetzelfde werk voortzetten, zodat hij zich in zijn werk specialiseert. Dit helpt bij het verhogen van de productie in de zorg.

3. Principes van coördinatie:

De coördinatie van verschillende activiteiten is een belangrijk principe van de organisatie. Er moet een agentschap zijn om de activiteiten van verschillende afdelingen te coördineren. Bij afwezigheid van coördinatie bestaat de mogelijkheid om verschillende doelen door verschillende afdelingen op te stellen. Het uiteindelijke doel van de zorg kan alleen worden bereikt als een goede coördinatie plaatsvindt voor verschillende activiteiten.

4. Principe van autoriteit en verantwoordelijkheid:

De autoriteit stroomt naar beneden in de rij. Elk individu krijgt de autoriteit om het werk gedaan te krijgen. Hoewel autoriteit kan worden gedelegeerd, maar de verantwoordelijkheid ligt bij de man die het werk heeft gekregen. Als een superieur zijn gezag aan zijn ondergeschikte delegeert, wordt de meerdere niet van zijn verantwoordelijkheid ontheven, hoewel de ondergeschikte aansprakelijk wordt jegens zijn meerdere. De verantwoordelijkheid kan onder geen enkele omstandigheid worden gedelegeerd.

5. Principe van de definitie:

De reikwijdte van autoriteit en verantwoordelijkheid moet duidelijk worden omschreven. Iedereen zou zijn werk met beslistheid moeten kennen. Als de taken niet duidelijk worden toegewezen, is het ook niet mogelijk om de verantwoordelijkheid op te nemen. De verantwoordelijkheid van iedereen wordt de verantwoordelijkheid van niemand. De relatie tussen verschillende afdelingen moet ook duidelijk worden gedefinieerd om het werk efficiënt en soepel te maken.

6. Span of Control:

Span of control betekent hoeveel ondergeschikten door een supervisor kunnen worden gecontroleerd. Het aantal ondergeschikten moet zodanig zijn dat de supervisor in staat moet zijn om hun werk effectief te beheersen. Bovendien moeten de werkzaamheden onder toezicht van dezelfde aard zijn. Als de span of control onevenredig is, zal dit de efficiëntie van de werknemers beïnvloeden vanwege de trage communicatie met de supervisors.

7. Principe van het evenwicht:

Het principe houdt in dat toewijzing van werk zodanig moet zijn dat aan elke persoon slechts zoveel werk moet worden gegeven dat hij goed kan presteren. Sommige mensen zijn overbezorgd en de ander is onderbezet, dan zal het werk in beide situaties lijden. Het werk moet op zo'n manier worden verdeeld dat iedereen zijn maximum moet kunnen geven.

8. Principe van continuïteit:

De organisatie moet aanpasbaar zijn aan de veranderende situaties. Elke dag zijn er veranderingen in de methoden van productie en marketing systemen. De organisatie moet dynamisch en niet statisch zijn. Er moet altijd een mogelijkheid zijn om de nodige aanpassingen aan te brengen.

9. Uniformiteitsbeginsel:

De organisatie moet zorgen voor de verdeling van werk op een zodanige manier dat de uniformiteit wordt gehandhaafd. Elke officier moet de leiding hebben over zijn respectieve gebied om dubbele ondergeschiktheid en conflicten te vermijden.

10. Principe van eenheid van commando:

Er moet een eenheid van bevel zijn in de organisatie. Een persoon moet alleen verantwoording verschuldigd zijn aan één baas. Als een persoon onder de controle van meer dan één persoon staat, is er sprake van verwarring en conflicten. Hij krijgt tegenstrijdige bevelen van verschillende meerderen. Dit principe schept een verantwoordelijkheidsgevoel voor één persoon. De opdracht moet van boven naar beneden zijn om de organisatie gezond en duidelijk te maken. Het leidt ook tot consistentie in regisseren, coördineren en controleren.

11. Uitzonderingsbeginsel:

Dit principe stelt dat het topmanagement alleen moet ingrijpen als er iets misgaat. Als de dingen volgens plannen worden gedaan, is er geen noodzaak voor inmenging van het topmanagement. Het management moet routinematige dingen laten om door lagere kaders te worden gecontroleerd. Het zijn alleen de uitzonderlijke situaties waarin de aandacht van het topmanagement wordt getrokken. Dit principe ontlast het topmanagement van veel hinderlijke en routinematige dingen. Uitzonderingsprincipe stelt het topmanagement in staat zich te concentreren op planning en beleidsformulering. Belangrijke tijd van management wordt niet verspild aan vermijdbaar toezicht.

12. Principe van eenvoud:

De organisatiestructuur moet eenvoudig zijn zodat deze gemakkelijk door iedereen kan worden begrepen. De autoriteit, verantwoordelijkheid en positie van elke persoon moet duidelijk worden gemaakt zodat er geen verwarring over deze dingen is. Een complexe organisatiestructuur leidt tot twijfels en conflicten tussen personen. Er kunnen ook overlappende en dubbele inspanningen zijn die anders kunnen worden voorkomen. Het helpt bij het soepel functioneren van de organisatie.

13. Efficiëntiebeginsel:

De organisatie moet in staat zijn bedrijfsdoelstellingen te bereiken tegen een minimale kostprijs. De normen voor kosten en opbrengsten zijn vooraf bepaald en de prestaties moeten in overeenstemming zijn met deze doelen. De organisatie moet ook het behalen van werkplezier voor verschillende werknemers mogelijk maken.

14. Scalair principe:

Dit principe verwijst naar de verticale plaatsing van supervisors vanaf de bovenkant en naar het lagere niveau. De scalaire keten is een eerste vereiste voor een effectieve en efficiënte organisatie.