De rol van industriële revolutie en het fabriekssysteem in organisaties

De industriële revolutie begon in het Verenigd Koninkrijk in de late 18e eeuw, in de VS in de 19e eeuw en in India in de tweede helft van de 20e eeuw. Industrialisatie heeft de manier waarop mensen hun brood verdienden compleet veranderd. Het werd mogelijk gemaakt door de vervanging van menselijke inspanning en vaardigheden door het werk van machines.

Met dank aan: e62813.medialib.glogster.com/the-industrial-revolution-source.jpg

Een van de bijdragen van de Industriële Revolutie was de ontwikkeling van het "fabriekssysteem". De fabriek stond centraal in het proces in de 19e-eeuwse industrialisatie en in de ontwikkeling van de praktijk van HRM. Fabrieken waren productieplaatsen op basis van loonarbeid en vast kapitaal. Fabrieken hebben de productie enorm uitgebreid en een nieuwe klasse arbeiders en managers gecreëerd.

Het fabriekssysteem bracht veel veranderingen teweeg in de bedrijfsorganisatie. Het verdreef het huishouden en het handwerk als zelfstandige.

De fabriek bracht veel arbeiders bij elkaar die niet langer het productiemiddel konden bezitten en geen andere manier hadden om in hun levensonderhoud te voorzien. Het fabriekssysteem zorgde voor een rationalisatie van het werk en een werkverdeling. Een andere verandering teweeggebracht door het fabriekssysteem was de noodzaak om een ​​groot aantal werknemers te controleren.

Met de komst van het fabriekssysteem werden de personeelspraktijken autocratisch, gebaseerd op een grondstoffenconcept van arbeid. Arbeid werd gekocht tegen voorwaarden die waren ontworpen om de winst van de werkgever te maximaliseren. Bijgevolg was er een totale verwaarlozing van de menselijke factor waarbij de focus lag op materialen, markten en productie.

De eigenaar van de fabriek delegeerde managementverantwoordelijkheid aan de voorman of eerstelijns toezichthouder. De voorman was verantwoordelijk voor het succesvol runnen van de hele fabriek. De controle van de arbeiders door de voorman nam meestal de vorm aan van een aandrijfsysteem van management dat werd gekenmerkt door het gebruik van geweld en angst.