Instandhouding van verschillende categorieën natuurlijke hulpbronnen

Volgens het concept van "duurzame ontwikkeling" mag de vervulling van de behoeften van de huidige generaties niet ten koste gaan van de capaciteiten van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien.

Dit vraagt ​​om een ​​ingetogen aanpak van de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen. De nadruk moet evenzeer liggen op aanvulling en instandhouding als op benutting, ontwikkeling en groei, zodat een redelijk niveau van ontwikkeling kan worden gehandhaafd.

De basisbenadering van het behoud van verschillende categorieën natuurlijke hulpbronnen wordt hieronder besproken:

1. Bodem:

Het grootste probleem van kostbare landbronnen is erosie door water en wind. Dit gebeurt door ontbossing, overbenutting, overbegrazing en onwetenschappelijke landbouwpraktijken zoals verschuivende teelt.

De maatregelen voor de instandhouding van de bodem moeten worden gekozen op basis van de plaatselijke omstandigheden van het terrein en het klimaat, waaronder een of meer van deze - contourbevoorrading, contourploegen, constructie van controledammen, aanplant van bomen (bebossing) op kale heuvelhellingen en op braakliggende terreinen, strip cropping, terracing en gulley plugging. Deze maatregelen leiden ook tot behoud van waterbronnen.

2. Bossen:

Er moeten uitgebreide bebossingsprogramma's worden uitgevoerd en wet- en regelgeving moet strikt worden toegepast.

3. Water:

Industrieën moeten hun gebruikte water recyclen en verspilling van irrigatiewater moet worden vermeden door de tariefstructuur te rationaliseren. Efficiënte technieken zoals sprinklers, druppelirrigatie enz. Moeten worden gebruikt.

4. Papier:

Recycling moet worden gedaan en het publieke bewustzijn moet worden verbeterd.

5. Metalen:

Afval moet worden gerecycled en plastic moet zo veel mogelijk metalen vervangen. Betere technologie moet worden ontwikkeld voor gebruik, waardoor verspillingen tot een minimum worden beperkt.

6. Vis:

Het vangen van bedreigde soorten moet worden verboden. Gaten in netten mogen niet kleiner zijn dan een voorgeschreven limiet. Afvoer van afvalwater in zee en zoet water moet tot een minimum worden beperkt.

7. Luchtbehoud:

Verbeterde technologie moet worden gebruikt om vervuiling te verminderen. Zware belasting moet worden opgelegd aan vervuilende industrieën. Schoorsteenwassers moeten in de industrie worden gebruikt, zoals in de VS, Nederland en Japan. Grootschalige aanplant van bomen moet worden uitgevoerd, vooral in industriële gebieden en dichtbevolkte gebieden.